zondag 21 september 2014

Flow – van wetenschap naar onderwijs (deel 2 van 4)

           
Creativiteit
Creativiteit is een centrale bron van betekenis in ons leven om verschillende redenen. Allereerst zijn de meeste dingen die interessant, belangrijk of menselijk zijn,  het resultaat van creativiteit. We delen 98 procent van onze genenpool met chimpansees. Wat ons anders maakt – onze taal, waarden, artistieke expressie, begrip van de wetenschapen en technologie – is het resultaat van individuele vindingrijkheid die werd herkend, beloond en doorgeven door middel van het leerproces (Csikszentmihalyi, 1996).

Het tweede aspect van creativiteit is dat, wanneer we in een creatieve activiteit ondergedompeld zijn, een diep gevoel van zingeving ervaren. Creativiteit zorgt er zowel voor dat we van het moment kunnen genieten als dat we kunnen bijdragen aan een complexe toekomst.

Volgens Csikszentmihalyi is creativiteit een proces waardoor een symbolisch domein in de cultuur wordt veranderd. Deze veranderingen treden niet automatisch op, zoals met de biologische evolutie wel het geval is. Creativiteit komt met een prijs. Om creatief bezig te zijn, moet  men allereerst goed bekend zijn met de regels van het domein, alvorens buiten de grenzen ervan te treden. Door creativiteit op deze manier te duiden, legt Csikzentmihalyi de lat hoog. Alleen degenen die excelleren in hun vakgebied en een bijdrage leveren aan de ontplooiing van dit domein, worden door hem als creatief bestempeld. Dit is een meer elitaire definitie dan welke in het onderwijs meestal gebezigd wordt . Echter, Csikszentmihalyi spreekt ook over ‘persoonlijke creativiteit’, de creativiteit die in elk mens schuilt.

Als we iets willen leren, moeten we aandacht schenken aan de activiteit waar we mee bezig zijn. Maar aandacht is een beperkte bron, we kunnen maar een beperkte stroom informatie verwerken.  Door de enorme focus die creativiteit vereist, komt het vaak voor dat er ‘flow’ ontstaat.


Kenmerken van flow
Flow verwijst naar een mentale toestand waarin iemand volledig opgaat in zijn of haar activiteiten. Deze optimale ervaring wordt gekenmerkt door het helemaal opgaan in een bezigheid, waarbij tijd en ruimte geen rol meer lijken te spelen. Volgens Csikszentmihalyi spelen een aantal factoren een belangrijke rol bij het bereiken van de ‘Flow-toestand’.

Heldere doelen
In tegenstelling tot de alledaagse gebeurtenissen, waar men vaak botsende belangen tegenkomt en de betekenis niet altijd even helder is, weet iemand in flow precies wat er moet gebeuren. Er wordt geen concentratie verloren met het bedenken wat de volgende stap zou moeten zijn, want het is kraakhelder wat deze is.

Het stellen van heldere doelen vereist een open geest. Door een realistische kijk op de huidige situatie, gecombineerd met een positief perspectief op het veranderen van die situatie, wordt het stellen van heldere doelen mogelijk.Deze mindset maakt het mogelijk dat wanneer iemand een fout maakt, deze niet zijn concentratie verstoord. Door te denken in realistische mogelijkheden is het mogelijk om bij tegenslag door te blijven gaan.

Door het stellen van heldere doelen, weten we elk moment wat de volgende stap van het leerproces zou moeten zijn, en kunnen we deze taak op een lijn stellen met onze eigen overtuigingen. Toch, wanneer veel mensen aan heldere doelen denken, ligt de nadruk op ‘doelen’ in plaats van op ‘heldere’. We bedenken hoe ons einddoel eruit zal zien, we visualiseren de overwinning. Deze manier van denken zorgt ervoor dat de gedachten op de toekomst gericht zijn, in plaats van op het heden.

Volgens Kotler (2014), moet de focus eerder liggen op het woord ‘Helder’. De doelen moeten in zulke kleine stukjes opgebroken worden, dat de focus op het heden gericht is.  Niet het finishen van de hardloopwedstrijd, maar elke stap na stap, moet de aandacht krijgen. Door de nadruk op het ‘nu’ te leggen, wordt de flow-toestand getriggerd.

Directe feedback
Met directe feedback wordt het verband tussen oorzaak en gevolg bedoeld. Hoe kleiner de kloof tussen de input en de output, des te beter weten we hoe we presteren en hoe we dit kunnen verbeteren. Wanneer we directe feedback krijgen, kunnen we deze sneller verwerken en is het makkelijker om geconcentreerd te blijven.
Deze feedback zorgt voor orde in het bewustzijn. Elk type feedback kan goed zijn, mits er een logisch verband bestaat met het doel. Toch blijkt dat iedereen een eigen voorkeur voor de manier waarop we feedback krijgen heeft.

Balans tussen vaardigheid en uitdaging
Van de intrinsieke factoren van flow, is de balans tussen vaardigheid en uitdaging wellicht de belangrijkste. Is een activiteit te uitdagend, dan blokkeert angst de flow. Is de activiteit niet uitdagend genoeg, dan worden de hersenen niet geprikkeld om de stoffen aan te maken die een cruciale rol bij de ‘flow’ spelen. Flow ontstaat precies tussen spanning en verveling. Uit onderzoek blijkt, dat de uitdaging ongeveer 4 procent groter moet zijn dan onze vaardigheden. Is de uitdaging groter, dan raakt men gedesillusioneerd en is de uitdaging kleiner dan raakt men gedemotiveerd.

Door die uitdaging van 4 procent, stappen we net buiten onze comfortzone. Wanneer we dat doen, is de uitkomst van onze activiteit niet meer zeker. Onze hersenen gaan met deze onzekerheid om door de stof dopamine aan te maken, welke onze aandacht en vermogen om patronen te ontwaren verhoogd.  (Kotler, 2014)

Concentratie
De concentratie wordt verhoogd tijdens de flowervaring. Doordat degene die de flow ervaart helemaal in zijn activiteit opgaat, ontstaat een scherpe focus op enkel en alleen de activiteit. De rest van de wereld wordt even buitengesloten, er is geen ruimte in het bewustzijn om irrelevante informatie te verwerken. Tijdens de flow-ervaring wordt de activiteit van de prefrontale cortex sterk verminderd, terwijl de activiteit van het onderbewustzijn juist toeneemt. Hierdoor worden meer activiteiten op de automatische piloot gedaan, waardoor ruimte ontstaat voor de concentratie om te groeien.

Verlies van zelfbewustzijn
Tijdens de flowervaring lijkt het, zoals Csikszentmihalyi  (1994) het treffend beschrijft, ‘alsof je ego je tijdelijk verlaten heeft.’ Deze ervaring wordt vaak beschreven alsof je los komt van je eigen zelf. Uit onderzoek blijkt dat het deel van de prefrontale cortex, dat constant meet waar je lichaam ophoudt, en de rest van de wereld begint, uitschakelt. Dit leidt tot een gevoel van eenwording met de activiteit. Een bergbeklimmer met de berg, een boeddhistische monnik met het universum.

Verstoorde tijdbeleving
Tijdens de flow lijkt tijd niet normaal te verlopen.  Het tikken van de klok, lijkt irrelevant te worden wanneer iemand in deze staat verkeerd. De sensatie van de verstoorde tijdsbeleving lijkt zich op twee manieren te manifesteren. Veel extreme sporters beschrijven hoe de tijd lijkt uit te rekken. Acties die slechts een paar minuten duren, lijken vele malen langer te duren. Anderzijds wordt door artiesten vaak beschreven dat wanneer ze in hun activiteit opgaan, de uren voorbij lijken te vliegen.

Paradox van controle
De staat van flow wordt vaak omschreven als de afwezigheid van de angst om controle te verliezen. Dit gevoel van controle is in feite de mogelijkheid van controle, niet noodzakelijkerwijs de actualiteit (Kotler, 2014). Dit staat in verband met de verhouding tussen uitdaging en vaardigheden. Men kan geen gevoel van controle hebben, tenzij men bereid is de veiligheid van beschermende maatregelen op te geven. Het gevoel om een moeilijke situatie de meester te worden, geeft voldoening. 

Pas wanneer de uitkomst van een activiteit twijfelachtig is, en men in staat is om invloed op het resultaat uit te oefenen, kan iemand écht weten of hij de situatie meester is. ‘Wanneer iemand zo afhankelijk wordt van het vermogen controle uit te oefenen over een activiteit, dat hij geen aandacht heeft meer voor andere dingen, verliest hij de ultieme controle: de vrijheid om de inhoud van zijn bewustzijn te bepalen. ‘ (Csikszentmihalyi,, 1994).

De flowervaring kent vele componenten, die als een complex geweven tapijt samen de optimale ervaring vormen. Dit roept meteen ook vraagtekens op of we kunnen spreken van een ‘optimale’ ervaring. Immers, ten opzichte van welke meetlat meten we deze optimale ervaring. Uit recent onderzoek blijkt er in ons lichaam verschillende biochemische processen bijdragen aan ‘flow’. Meer hierover in deel 3.

~N.M.~


Deel 1. Flow - van wetenschap naar onderwijs - deel 1.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten